Artikel 43 vragen: misstanden en schade buitenring

Raadsleden kunnen zogenaamde ‘artikel 43’ vragen stellen aan het college. Dit zijn politieke vragen van (belangrijke) zaken die in Brunssum spelen. Het college is wettelijk verplicht hier binnen 6 weken op te reageren.

Namens het PAK stelde Servie L’Espoir de volgende vragen omtrent asbestgevaar in de Klingbemden en andere gevolgen omtrent de aanleg van de buitenring. Hieronder de vragen en antwoorden van het college.

Geachte heer L’Espoir,

U gaf aan: “De klachten over schade en misstanden bij de aanleg van de buitenring blijven bij onze partij binnen komen ondanks alle mooie beloften van u, de provincie en de aannemer. Recent: asbest Klingbemden, schade aan huizen Bouwberg en wateroverlast Amstenraderveld en omgeving.”

In antwoord op uw vragen berichten wij u als volgt.

Vraag 1: “Steeds krijgen we keurig bericht dat de provincie aan zet is en die geeft weer het mailadres van de aannemer.MAAR een slager die zijn eigen vlees keurt is doorsnee niet objectief. De vraag is dan ook waarom u burgers van Brunssum niet bij staat bij hun klachten middels daadkrachtig optreden, een proces verbaal of anderszins?”

Antwoord 1:

Voor een daadkrachtig optreden in de vorm van een proces verbaal of anderszins dient, voor zover het onze bevoegdheden betreft, geconstateerd te worden dat niet overeenkomstig de wet- en regelgeving gehandeld wordt. Dit is niet aan de orde.

 

Vraag 2: “Neem de asbest affaire. U mailt ons dat er geen gevaar voor de volksgezondheid bestaat? Graag zien we het rapport tegemoet waaruit dat blijkt of was het een loze kreet?”

Antwoord 2:

Er is geen gevaar voor de volksgezondheid. Dit blijkt uit de advies memo “gezondheidkundige beoordeling Nader onderzoek asbest in bodem, Merkelbeekerstraat (ong) te Brunssum” uitgevoerd d.d. 27 juni 2016 GGD Zuid Limburg welke door het projectbureau Buitenring Parkstad is aangezet. Hierin wordt aangegeven dat, doordat de burgers en omwonenden geen toegang hebben tot het terrein waar de asbest in de bodem is aangetroffen en de werkzaamheden daar zijn stilgelegd, er geen blootstellingsroutes aanwezig zijn. Geadviseerd wordt om het terrein conform wet- en regelgeving te saneren. De asbest is waarschijnlijk, historische informatie van omwonenden, afkomstig van een kleine stal met een asbest golfplaten dak, welke in het verleden op het terrein heeft gestaan en destijds is afgebroken. Vermoedelijk is hierdoor de asbest in de bodem terecht gekomen. Het terrein is historisch gezien niet aangevuld met grond van elders.
Het rapport zullen wij via de Griffie ter inzage aanbieden.

 

Vraag 3: “Asbest is een stille sloper, killer, vandaar dat wet- en regelgeving streng is. Zie de voorwaarden bij een verbouwing voor burgers bijvoorbeeld. Opslaan in de buitenlucht hoort niet tot goed handelen. Waarom is er dus geen proces verbaal opgemaakt? Waarom is er geen controle en moeten de burgers steeds weer aan de bel trekken?”

Antwoord 3:

De aannemer heeft conform wet en regelgeving gehandeld, waardoor er geen grondslag is om handhavend op te treden.

 

Vraag 4: “Waarom behartigt u niet de belangen van onze inwoners?”

Antwoord 4:

Zie de beantwoording van de voorgaande vragen. Op ons verzoek heeft de Provincie de bewoners schriftelijk geïnformeerd over de situatie.

 

Vraag 5: “Overigens wijst u naar de provincie, maar de aanvoerwegen in deze zijn toch een bevoegdheid en project van de gemeente of ?”

Antwoord 5:

Het betreft hier een aangetroffen bodemverontreiniging. Werkzaamheden in een geval van ernstige bodemverontreiniging wordt middels de Wet bodembescherming gereguleerd. Gedeputeerde Staten is het bij deze Wet aangewezen bevoegd gezag. Dat de aanvoerwegen onder bevoegdheid gemeente valt of het perceel in eigendom is van de gemeente doet hier niets aan af. Ten behoeve van het indienen van de melding Besluit Uniforme Saneringen is wel een instemming van de eigenaar noodzakelijk. De gemeente heeft hierdoor de BUS melding eveneens mede ondertekend.

 

Vraag 6: “Denk aan de beruchte brug te ver in deze. Een bouw kun je ook stil leggen bij onverantwoordelijk handelen bijvoorbeeld, dat lijkt toch gepast bij de open asbest opslag!?”

Antwoord 6:

De verontreiniging is aangetroffen bij het ontgraven van het wegcunet. Bij het aantreffen van de verontreiniging zijn de werkzaamheden door de aannemer direct gestaakt/stilgelegd. De saneringslocatie is afgezet/gemarkeerd zodat hier geen werkzaamheden meer plaats vinden. Vervolgens heeft de aannemer direct de voor de bodesanering noodzakelijke bodemonderzoeken uit laten voeren. Nadat op basis van de bodemonderzoeken is gebleken dat sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging is aansluitend een melding bij de provincie ingediend in het kader van het Besluit uniforme saneringen (BUS). Op basis van, bij het besluit bepaalde proceduretermijnen, mag de aannemer niet eerder dan 5 weken na indienen van de BUS melding de sanering uit laten voeren door een daartoe erkende saneringsaannemer. De start van de sanering staat nu gepland voor 14 juli a.s.

 

Vraag 7: “Dan de schade aan de huizen van de Bouwberg die onlangs zijn ontstaan en waarbij de aannemer doodleuk stelt “zoek het maar uit bewoner, van ons is het niet…” Neen de huizen tonen plots scheuren omdat het onweerde of hoe moeten we dat zien? Wederom worden burgers het bos ingestuurd en komt het op procederen aan tegen een veel sterkere partij. Waarom staat het college deze burgers niet bij in hun schade claim?”

Antwoord 7:

Een schadeclaim is een formeel traject waarin slechts de indiener en de ontvanger van de claim betrokken zijn. Ten aanzien van de door u gemelde schadeclaim is de gemeente geen partij en zullen wij ons niet in een dergelijke procedure mengen. Gezien de gemeente in de claim geen rol speelt, zijn wij, zowel door de aannemerscombinatie als de bewoner, ook niet op de hoogte gesteld van een schadeclaim.

Navraag leert dat er een schadeclaim bij de aannemerscombinatie BPL is ingediend door een bewoner van de Bouwberstraat in verband met scheurvorming in een woning. Er is een onafhankelijk trillingsonderzoek uitgevoerd, waaruit is gebleken dat trillingen (a.g.v. heiwerkzaamheden) beneden de in Nederland gehanteerde norm bleven en is geconcludeerd dat de gemelde schade niet veroorzaakt kan zijn door werkzaamheden aan de Buitenring.

 

Vraag 8: “Wat betreft de wateroverlast hebben we u foto’s van een bewoner gestuurd, maar nog geen reactie ontvangen. Graag zien we deze per omgaande tegemoet.”

Antwoord 8:

Deze foto’s tonen aan dat de weersomstandigheden uitzonderlijk slecht zijn geweest en dat gesproken kan worden van een calamiteit. Omdat de weg inclusief het waterafvoersysteem nog in aanleg zijn, kan de waterafvoer in dit stadium uiteraard nog niet functioneren.

Teneinde schade te beperken en onnodige stagnatie van het werk te voorkomen, heeft de Provincie het water afgevoerd via het rioleringssysteem van de gemeente Schinnen. Dit is gebeurd in goed overleg met onze buurgemeente. De door u bedoelde bewoner is daarover overigens ook door de gemeente Schinnen geïnformeerd.